De nipte thuisnederlaag tegen de amateurs van Ajax (1-2) heeft Hollandia na acht wedstrijden dicht bij de gevarenzone gebracht in de Vierde Divisie A. Aanvoerder Bart Spil roept op tot meer strijd.
Verslag: Erik Oudshoorn
Al na acht duels is de doelstelling van het Van der Werff-keurkorps een wankel begrip geworden. Staf en spelers spraken voor de start van het seizoen af in de huidige competitie te streven naar promotie. De Derde Divisie, daar wilden ze allemaal voor vechten. Maar na twee overwinningen, twee gelijke spelen en vier nederlagen is de achterstand op de top-3 van de Vierde Divisie A gegroeid tot negen punten, zij het met een wedstrijd minder gespeeld.
Ajax, dat al vijf wedstrijden niet had gewonnen, werd nadat het hoofdveld was afgekeurd op het winderige, natte kunstgrasveld aanvankelijk op achterstand gezet, maar na negentig minuten stond Hollandia toch weer met lege handen.
Tegenvalllers
Het zit vaak ook niet mee. De overwinning op DVVA (1-0) werd Hollandia ontnomen vanwege een door de KNVB zelf bepaalde verhuizing naar het bijveld toen de lichtinstallatie gedeeltelijk uitviel. Op 19 november (20.00 uur) is de reprise van de tweede helft.
Encho Margaritha, in de vorm van zijn leven, werd door de aanklager voor drie wedstrijden geschorst. Aanvankelijk zelfs vijf, terwijl er op de videobeelden geen enkele overtreding was waar te nemen. De nieuwe spits Joey Lieshout en Jesse Koeman raakten langdurig geblesseerd. Waarmee Hollandia drie sterkhouders zag wegvallen.
De krachtsverschillen zijn vaak gering, maar toch ontbreekt er iets aan het spel van de Hoornaars. Het was exemplarisch misschien dat de 34-jarige aanvoerder Bart Spil achteraf werd uitgeroepen tot Hollandia’s man of the match. Door zijn strijdlust maakte hij vooral op het middenveld het verschil. En dat is ook precies waar Hollandia het eigenlijk van moet hebben. Het Heilige Moeten, zoals Leo Beenhakker het uitdrukte. Bart Spil veroverde veel ballen en stond ook regelmatig aan de basis van een aanval, tot hij in de 76e minuut geblesseerd uitviel.
Achteraf zocht hij naar een verklaring voor de nederlaag en spaarde zijn medespelers niet. “De echte wil om te winnen mis ik nog weleens bij sommige van mijn ploeggenoten”, meende Spil. “Dat heb ik ze tijdens de wedstrijd ook gezegd. Een bal veroveren doe je met z’n allen. Aanvallen en verdedigen doe je met z’n allen. Dan toon je de bereidheid om te winnen. Verder zijn we veel te lief.”
Anticiperen
Als voorbeeld noemde de geroutineerde captain de gelijkmaker van Ajax. De redelijk goed fluitende (vrouwelijke!) scheidsrechter Sterre Bijlsma (na afloop laconiek: “Je kunt niet alles goed doen”) zag op het middenveld een overtreding op Jim Broers over het hoofd, waarna Ajax wel een vrije trap kreeg vanwege een soortgelijke overtreding.
Vervolgens ontstond er een flipperkastsituatie voor het doel van Quinten Koning. Tristan Buis tekende uiteindelijk simpel voor de 1-1. “Dat dwingen zij af door op de goede plek te staan. En op elke bal te lopen. Als er niet voor zo’n overtreding wordt gefloten moet je daarop anticiperen en meteen scherp staan. Ik zie te weinig spelers op een bal sprinten. Dan dwing je wat af”, aldus Bart Spil.
Voor die goal in de 33e minuut had Ajax alleen een keer op het doel van Hollandia gekopt. Het team van Rob en Maikel van der Werff was acht minuten daarvoor na een prima aanval op voorsprong gekomen. Souvian Nelson bediende Niels Koster op maat en de rechtsbuiten gaf voor op Jim Broers die bij de tweede paal scoorde.
In de tweede helft waren beide teams redelijk in evenwicht. Niels Koster schoot op de paal, het elftal van de Deense oud-prof Ole Tobiasen had ook kansen. Een gelijkspel was een logische uitslag geweest. Maar in de 82e minuut stond Buis bij een corner weer goed opgesteld. Geheel vrijgelaten had hij alle tijd om aan te leggen en de bal in de bovenhoek te knallen.
Maikel van der Werff: "Balen dat het weer een na een standaardsituatie was." En Spil: “We moeten nu stappen maken om de overwinning wél over de streep te trekken. Dat betekent ook met honderd procent overtuiging een duel aangaan om de bal te veroveren. De eerste zes voorin moeten daarna goed staan. Nu valt het kwartje vaak de verkeerde kant op.”