Het college vindt het onwenselijk dat er in de binnenstad en winkelcentra veel leegstand is. In 2021 werd al een leegstandsverordening vastgesteld, maar handhaving blijkt lastig door een tekort aan capaciteit.
Er zijn drie mogelijke verbeteropties onderzocht. Het college kiest ervoor de nadruk te leggen op samenwerking met vastgoedeigenaren en ondernemers om leegstaande panden tijdelijk een nieuwe invulling te geven. Alleen wanneer die aanpak niet het gewenste resultaat oplevert, wordt een juridische route overwogen. In dat geval zou een boeteregeling nodig zijn.
Het voorstel kan rekenen op brede steun. Leegstand wordt niet enkel gezien als gevolg van falend ondernemerschap, maar als een complex vraagstuk waarin meerdere factoren meespelen. Eén van de opties is om leegstaande ruimtes tijdelijk te laten gebruiken door kunstenaars.
Wethouder Arthur Helling onderschrijft dat idee. Hij wil de mogelijkheid behouden om een boete op te leggen als vastgoedeigenaren niet in gesprek willen gaan over hun leegstaande panden – een stok achter de deur om beweging te creëren. Ook de binnenstadmanager zal actief gesprekken voeren over leegstand.
Daarnaast wil het college stimuleren dat panden op korte termijn een tijdelijke invulling krijgen, bijvoorbeeld door startende en jonge ondernemers. Zo blijft de binnenstad levendig en aantrekkelijk.