HUIZEN – Scholen die nieuwkomerskinderen opvangen, krijgen de komende jaren meer financiële zekerheid. Het college van Huizen heeft ingestemd met een nieuw convenant dat de financiering van eerste opvangonderwijs structureel verandert. De afspraken gaan in vanaf schooljaar 2025-2026 en gelden voor vier schooljaren.
Nieuwkomers zijn kinderen die pas in Nederland zijn komen wonen en de taal nog niet spreken. Zij starten vaak in aparte klassen, met veel aandacht voor taal, voordat ze instromen in het reguliere onderwijs.
Vaste bijdrage per klas
De kern van het vernieuwde convenant: gemeenten betalen voortaan een vast bedrag van 30.000 euro per klas per schooljaar, in plaats van een vergoeding per leerling. Volgens het besluit zorgt dit voor ‘meer voorspelbaarheid en financiële stabiliteit’ voor de aanbieder van eerste opvangonderwijs.
Klassen tellen minimaal tien en maximaal twintig leerlingen. Is het budget ontoereikend, dan dragen de betrokken schoolbesturen samen het risico.
Unita krijgt regierol
Unita, het samenwerkingsverband voor onderwijs, krijgt bovendien een grotere rol: het wijst nieuwkomers na een half jaar toe aan een zogenoemde stamschool en zorgt voor ondersteuning aan reguliere basisscholen. Elke school in de regio moet minimaal drie plekken beschikbaar stellen voor nieuwkomers.
Voortgezet onderwijs valt erbuiten
Het voortgezet onderwijs valt buiten deze afspraken. De Gooise Scholen Federatie en samenwerkingsverband Qinas zijn niet meer betrokken, omdat de afspraken onvoldoende aansluiten bij de specifieke behoeften van middelbare scholen met Internationale Schakelklassen. Voor die doelgroep start in 2025 een apart traject.
Huizen investeert vrijwillig
Het convenant is inmiddels door alle betrokken schoolbesturen ondertekend. Ook de wethouders van de deelnemende gemeenten hebben op 10 juli hun handtekening gezet, waarmee het convenant officieel van kracht is.
Hoewel gemeenten niet verplicht zijn om financieel bij te dragen aan nieuwkomersonderwijs, investeert Huizen hier al bijna tien jaar vrijwillig in. De gemeente vindt het belangrijk om deze leerlingen extra ondersteuning te bieden, omdat zij vaak met een grote taalachterstand starten en nog niet kunnen meekomen in het reguliere onderwijs.
Het volledige besluit is hier te vinden.