Start van hoofdcontent
nl

Jaarlijks 4 ton om drinkcultuur tegen te gaan, toch nauwelijks effect

20 februari 2025, 06.05 uur · Aangepast 20 februari 2025, 12.10 uur · Door Maurits van Egdom & Thomas Franke

Het is lastig om de drinkcultuur in Noord-Holland Noord te veranderen. De regio besteedt jaarlijks vier ton aan interventie en preventie, toch wordt er weinig vooruitgang geboekt. Hoe kan dat?

Campagne 'Zien Drinken, Doet Drinken', langs de weg staan borden om drankgebruik te ontmoedigen - Foto: ANP / Hollandse Hoogte / VRPress

Drinken wordt vaak geassocieerd met gezelligheid, feestjes en ontspanning, blijkt uit recent onderzoek van Koningin Wilhelmina Fonds (KWF). Terwijl de negatieve gezondheidseffecten steeds duidelijker worden en iedereen eigenlijk weet dat alcohol slecht voor je is, drinken ook de bewoners van Noord-Holland Noord stug door. 

Veel bingedrinkers onder scholieren

De cijfers, die eens per vier jaar worden uitgezocht door het CBS, het RIVM en de GGD, liegen er niet om. Zo zijn er in de regio onder scholieren veel bingedrinkers, drinken volwassenen overmatig veel en is een kwart van de jongvolwassenen een zware drinker.

Om het middelengebruik, waar ook alcohol onder valt, te verminderen en te voorkomen hebben 16 gemeenten en zorgorganisaties in 2013 een regionale aanpak opgezet, genaamd In Control of Alcohol & Drugs (ICOAD). Daarbij wordt het IJslandse preventiemodel gehanteerd. Deze aanpak kost jaarlijks zo'n vier ton.

Het IJslandse preventiemodel

Op IJsland was een groot drankprobleem onder jongeren van 12 tot 18 jaar door gebrek aan vertier. Een nieuw preventiemodel, gericht op sport en vrije tijd, werd ingevoerd om jongeren gezond en veilig te laten opgroeien zonder middelengebruik. Na 20 jaar drinkt de jeugd in IJsland nauwelijks alcohol, en behoort het eiland zelfs tot de minst gebruikende jongeren in Europa. Ook Nederland heeft dit model tussen 2018 en 2021 uitgeprobeerd, onder andere op Texel, met als doel het aantal drinkende tieners te verminderen. Het bleek ook in Nederland effectief te zijn.

Langzamerhand worden er stappen in de goede richting gezet. Zo beginnen jongeren gemiddeld iets later met drinken, van 14,8 naar 15,3 jaar, is het gebruik onder jongvolwassenen het afgelopen jaar met tien procent gedaald, slaan middelbare scholen de handen ineen én worden voorlichtingsavonden voor ouders druk bezocht.

Toch zet het preventiemodel in die twaalf jaar tijd nog niet écht zoden aan de dijk. "Het drinken van alcohol is verweven in onze cultuur", zegt Rob Bovens, die als onderzoeker aan de Tilburg University al veertig jaar onderzoek doet naar alcohol. Ook is hij de initiatiefnemer van IkPas, een campagne die mensen aanspoort om geen alcohol te drinken. "Tegenwoordig moet alles met alcohol gevierd worden, omdat we onszelf hebben wijsgemaakt dat het dan gezellig is. We vieren iets met een fles bubbels en bij een voetbalwedstrijd hoort een biertje."

Generaties overheen

Volgens Ester Teunen van Brijder Jeugd, een verslavingszorg en verbonden aan de ICOAD-aanpak, is er een cultuuromslag nodig om het alcoholgebruik omlaag te krijgen. Dat is niet onmogelijk, maar vraagt wel om een lange adem, zegt Teunen. "Met deze aanpak kunnen wij een nieuwe norm stellen als vliegwiel voor verandering. Dat zien we ook bij campagnes als een 'Rookvrije Generatie' of 'Zien Drinken, Doet Drinken'. Eerst wordt er met moeite op gereageerd, maar later wordt het de nieuwe norm."

Minder drinken

Daar gaan jaren, zo niet generaties, overheen, zegt Teunen. "Ik denk dat als de kinderen van nu kinderen krijgen, zij misschien de nieuwe norm van minder drinken zullen gaan accepteren."

Het alcoholgebruik heeft constante aandacht nodig, zegt Jiska Pardieck, coördinator van ICOAD. "De kracht van deze aanpak zit in het betrekken van de omgeving van jongeren; dus niet alleen door op hen te focussen, maar ook door hun scholen en ouders erbij te betrekken."

De voorbeeldfunctie is heel belangrijk, zegt Pardieck. "Wie zien dat jongeren vaker door hun omgeving worden beïnvloed."

'Geen invloed op landelijk beleid'

"Idealiter zouden we ook aan de beleidsknoppen draaien", zegt Teunen. Ze pleit voor strengere handhaving van alcoholverkoop, prijsverhogingen of een verbod op alcoholreclame op sociale media en tv. "Voor dergelijke veranderingen heb je landelijk beleid nodig, waarop wij geen invloed hebben."

En, zegt Bovens: "Het begint bij jezelf, het gaat om je eigen gedrag. We moeten samen op zoek naar manieren om het gezellig te hebben zonder alcohol."